Tienduizenden huurders extra krijgen vanaf 2024 recht op huurtoeslag. Het kabinet versoepelt de regels om voor de toeslag in aanmerking te komen.
Huurders hebben nu alleen recht op huurtoeslag wanneer ze in een huis wonen onder een bepaalde huurgrens (in 2022 is dat 763,47 euro per maand). Het kabinet wil die grens vanaf 2024 stapsgewijs afschaffen. Ook huurders die in een duurder huurhuis wonen, krijgen dan recht op huurtoeslag. Daarnaast wordt de leeftijdsgrens om voor huurtoeslag in aanmerking te komen verlaagd van 23 naar 21 jaar.
Het enige waar bij het bepalen van de huurtoeslag straks nog naar wordt gekeken, is hoeveel iemand verdient. Dat is nu ook al zo. De grens daarvoor ligt op ruim 30.000 euro per jaar voor een meerpersoonshuishouden.
Door de wijziging krijgen zo’n 136.000 mensen die nu geen recht hebben op toeslag dat straks wel. Dat kan hen tot 340 euro per maand opleveren. Ook voor mensen die nu al huurtoeslag ontvangen heeft de nieuwe berekening gevolgen. Ongeveer 1 miljoen mensen gaan er in het nieuwe systeem op vooruit, tot maximaal 292 euro per maand. Een kleine 300.000 huishoudens gaan er juist op achteruit, tot maximaal 98 euro per maand. Dat blijkt uit de voorlopige berekeningen die bij het wetsvoorstel horen.
Het nieuwe systeem zal in stappen worden ingevoerd. In totaal trekt het kabinet daar vijf jaar voor uit. Nu ontvangen zo’n anderhalf miljoen huurders huurtoeslag in Nederland. Dat kost zo’n 4 miljard euro per jaar. Dat bedrag gaat met 300 miljoen euro omhoog.
Het kabinet vindt het huidige systeem onnodig ingewikkeld omdat bij huurtoeslag behalve naar iemands inkomen nu ook gekeken wordt naar de huurprijs. Naar schatting tienduizenden mensen vragen de toeslag nu ten onrechte niet aan. Ook hebben te veel mensen die de toeslag nodig hebben er geen recht op. Door de krapte op de woningmarkt zijn ook lagere inkomens aangewezen op een duur huurhuis in de vrije sector, waardoor ze nu geen aanspraak kunnen maken op toeslag. Daardoor komen zij sneller in geldnood.
Huurverlaging voor half miljoen huurders
Om iets te doen aan de armoede onder huurders komt het kabinet met nog een wetsvoorstel. In 2024 gaat voor naar schatting een half miljoen huurders van een corporatiewoning de huur eenmalig omlaag naar 550 euro per maand. Daarover zijn al afspraken gemaakt met de woningcorporaties. Wie tot 120 procent van het sociaal minimum verdient (voor alleenstaanden is dat zo’n 1300 euro per maand en voor stellen zo’n 1800 euro) maar een huur betaalt die hoger is dan 550 euro per maand, krijgt recht op deze huurverlaging. De Belastingdienst gaat op verzoek van de corporaties de informatie leveren wie er aan de inkomenseis voldoet.
Ook wie in 2024 zijn baan verliest en onder die inkomensgrens zakt, kan aanspraak maken op de regeling. Hij of zij moet dit dan zelf aanvragen bij de verhuurder. Andersom geldt de regel niet: wie in 2024 ineens meer gaat verdienen verliest niet zijn recht op huurverlaging. De regel geldt alleen voor woningcorporaties en niet voor andere verhuurders. Na 2024 mogen de verlaagde huren weer stijgen, maar niet meer dan het jaarlijks vastgestelde wettelijk maximum.
Toeslagen afschaffen
De versimpeling van de huurtoeslag past in het voornemen van het kabinet om alle toeslagen op den duur af te schaffen. De regelingen zijn ingewikkeld en mensen krijgen te maken met hoge terugvorderingen als zij er tussentijds in inkomen op vooruit gaan. De kinderopvangtoeslag verdwijnt al de komende jaren. In plaats daarvan wordt de kinderopvang nagenoeg gratis. Voor de zorgtoeslag is nog geen oplossing gevonden. En ook de huurtoeslag afschaffen en in plaats daarvan het geld overmaken naar de verhuurders zodat de huren omlaag kunnen, blijkt nog te ingewikkeld.