Het kabinet is bereid extra te laten onderzoeken of mensen met een kleine beurs harder geraakt worden door de verhoging van het lage btw-tarief dan grootverdieners.
De lage btw, die onder meer geldt voor de dagelijkse boodschappen, gaat volgend jaar omhoog van 6 naar 9 procent. Dat betekent in de praktijk dat een kar boodschappen van 100 euro, 2,80 euro duurder wordt. Dat kost huishoudens volgend jaar gemiddeld zo’n 350 euro extra.
Compensatie
Het kabinet stelt dat dit in veruit de meeste gevallen wordt gecompenseerd door de lagere inkomstenbelasting. Ook zou de btw-verhoging alle inkomensgroepen evenredig treffen. SP-Kamerlid Renske Leijten betwistte dat tijdens de algemene financiële beschouwingen in de Tweede Kamer. Zij wees erop dat de onderzoeken waar het kabinet dat op baseert niet eenduidig zijn en ook al enkele jaren oud.
De gevolgen van de kabinetsplannen voor de koopkracht waren voer voor veel discussie tijdens het debat. Lang niet alle oppositiepartijen geloven dat echt bijna iedereen er volgend jaar op vooruitgaat, gemiddeld met 1,5 procent, zoals het kabinet op Prinsjesdag voorrekende. Minister Wopke Hoekstra erkende dat hij geen garanties kan geven. Maar de koopkrachtplaatjes zijn volgens hem ,,de best mogelijk inschatting” van het Centraal Planbureau (CPB).
Dividendbelasting
De oppositie nam Hoekstra en Snel daarnaast weer flink op de korrel over de afschaffing van de dividendbelasting. Veel Kamerleden vroegen tevergeefs om extra onderbouwing van het voorstel om de heffing op de winstuitkering van bedrijven aan hun aandeelhouders te schrappen. Ook de Raad van State pleitte ondanks voor een betere uitleg.
Volgens Snel zal de maatregel hoe dan ook omstreden blijven, welke argumenten het kabinet ook aanvoert. Ondanks alle kritiek noemde de staatssecretaris de afschaffing, die op aandringen van de VVD in het regeerakkoord belandde maar ook bij zijn eigen partij D66 erg gevoelig ligt, ,,verdedigbaar’